De column van Daphne Deckers van deze week: ik moest er erg om lachen, wat een humor.
Je horoscoop laten trekken, handlijnen lezen of tarotkaarten leggen? Allemaal zo tweeduizend-nul. Wie iets over de toekomst wil weten, laat zich vanaf nu in de kont kijken. Want rumpology, dat is het helemaal. Net als een iriscopist allerlei kwalen uit je ogen kan afleiden, zo kan een rumpologist je karakter én je toekomst ontleden naar aanleiding van de putten en de pukkels op je billen. Nou, dat geeft meteen een heel andere betekenis aan de term sterrenkijker. Het fenomeen komt uit Engeland, waar ’s wereld eerste derrièrist Sam Amos een bloeiende praktijk heeft weten op te bouwen. Inmiddels is er in Duitsland ook al een succesvolle kontkijker aan het werk. De blinde helderziende Ulf Buck schijnt namelijk feilloos de toekomst te kunnen voorspellen door je billen te betasten. Toen kon Amerika natuurlijk niet achterblijven. En ziedaar: Jacqueline Stallone (inderdaad, de moeder van) heeft zich na een lange carrière als astroloog omgeschoold tot retoloog. Je kunt haar een foto van je ontblote achterwerk sturen, waarna zij het voor 125 dollar tot op de naad zal ontleden.
Maar wat krijg je dan zoal voor bipstips? Welnu: je linkerbil symboliseert het verleden, en je rechterbil staat voor de toekomst. Het heden ligt dan waarschijnlijk precies in het midden. Een ronde kont geeft aan dat de eigenaar een open persoonlijkheid heeft, gelukkig is en goed in zijn vel steekt. Een vierkant achterwerk hoort bij iemand die zijn werk op de eerste plaats zet. (Een vierkant achterwerk? Vanwege de bureaustoel of zo?) Appelvormige billetjes zijn charismatisch en creatief terwijl een peervormig zitvlak staat voor geduld en betrouwbaarheid. Een gespierde toegus is dynamisch en zelfverzekerd, maar de platte kont is ijdel, negatief en verdrietig. Dit laatste inspireerde een aantal Engelse vrouwenbladen om juichend te schrijven dat hun lezeressen dus vooral niet moesten afvallen, want een ronde kont was een blije kont – iets wat veel mannen zullen beamen. Het is algemeen bekend dat mannen liever méér dan minder billen willen: een platte kont, daar is geen reet aan.
Zelf kijk ik ook liever naar een gespierd kontje. Volgens biologen komt dat omdat vrouwen nieuwsgierig zijn naar de stootkracht van een man; een papperige sponskont belooft nu eenmaal weinig dynamiek. Dus heren – weg met die laaghangende spijkerbroek, want vrouwen doen graag vergelijkend warenonderzoek. Voor dit soort inzichten hoef je volgens mij geen gediplomeerd kontkijker te zijn. Dat geldt echter wel voor het bepalen van de toekomst. Want hoe doe je dat eigenlijk? Vertelt mijn rechterbil daadwerkelijk een ander verhaal dan mijn linkerbil? Tijd voor de naakte waarheid. Terwijl Richard nietsvermoedend tv zat te kijken, liet ik in de woonkamer mijn broek zakken. “Tja, eh…”, zei hij na een diepgravende inspectie á la Ulf Buck, “je linkerbil is iets groter dan je rechter.” Wat? Nou dat weer. Mijn hele linkerkant is iets groter dan mijn rechter; zo heb ik een groter linkeroog en een groter linkeroor. Maar nu dus ook een grotere linkerbil? Dat belooft vast niks goeds mijn toekomst. Misschien moet ik toch eens op een kopieerapparaat gaan zitten en mijn derrière naar ma Stallone mailen. Maar waarom is er in Nederland eigenlijk nog geen retoloog? Wij kunnen tenslotte als geen ander een koe in de kont kijken. :-d